2010 VisMan

2010 VisMan

Op deze plek worden goed beschouwd twee momenten in de geschiedenis van Deventer met elkaar verenigd: het verdedigingswerk en de overslagkade. Zo’n versmelting van geschiedenis streven wij in ons voorstel na. De locatie heeft een open karakter, maar wordt tegelijk gedomineerd door grote bouwvolumes rondom. In ons voorstel zoeken wij niet de confrontatie met die bouwvolumes, zoals de Wilhelminabrug of de Pothoofdflats van Jo Crepain. Wij streven juist naar een grote mate van eigenheid. En in die eigenheid willen we dat het beeld zich onderscheidt van de omgeving, zonder dat er sprake is van concurrentie. Wij willen dat het beeld onlosmakelijk verbonden is met deze plek en tegelijk als een zelfstandig gegeven gezien kan worden. Juist dan behouden alle elementen, kunstwerk en bouwwerken, hun eigen waarde. De IJssel stroomt hier uitbundig tegen de kade en door de nabijheid van de rivier krijgt de locatie een landschappelijk element. Ook de landelijke open ruimte van de tegenover liggende oever beïnvloedt de locatie. Beide elementen, rivier en open ruimte, maken de plek bijna tot een podium. Het idee dat de stad zich hier laat zien wordt er door versterkt. Dit stuk IJsselfront nodigt uit een nieuw visitekaartje van de stad te worden. Wij willen realiseren dat de stad zich hier niet alleen in gebouwen, maar ook met een beeld toont.

 Beeld

Ons beeldvoorstel is een sculptuur van een in oorsprong menselijke figuur. Het onderlijf en de romp zijn van een slanke, goed geproportioneerde man. Hij is breedgeschouderd, wat wordt versterkt door een grote kraag c.q. korte mantel van zorgvuldig gerangschikte zaadlobben, die zijn schouders omsluiten. De zaadlobben ontspruiten vanonder een klein randje in de nek. Het is de nek van een vissenkop. De vissenkop is groot, maar past volkomen bij het lichaam dat er onder zit. De bek open, de ogen helder; zo kijkt de ‘Visman’ de wereld in. Onder de bek bungelt een parmantig sliertje, wat hem gelijk herkenbaar maakt als kabeljauw. De figuur staat rechtop, maar in de houding en de benen is onmiskenbaar een aanzet tot een stap te zien. De richting van de kop bevestigd die voorwaartse neiging. De figuur heeft geen zichtbare armen, maar dit is in het beeld op geen enkele manier een gemis. Integendeel, het creëert in het beeld een heldere contour. Het is een grote figuur. Hij heeft bijna twee keer de menselijke maat. Dat maakt hem tot een imposante gestalte. Dit wordt versterkt door de opbouw van het beeld: vloeiend en opwaarts gericht. Het eindigt in de vissenkop, maar er is vooral een dramatische culminatie in de overdaad van zaadlobben bij de kraag. De zaadlobben zijn sterk uitvergrootte graankorrels, die dakpansgewijs zijn gerangschikt. Ondanks het imposante voorkomen blijft het beeld benaderbaar. Dit beeld, deze figuur, is een personificatie van de plek en een allegorie op de stad.

 Visman

 Het laten samensmelten van verschillende beeldelementen tot één figuur is een manier van werken, die is ingebed in een lange traditie. Deze beeldcultuur bestond al in de klassieke oudheid. Denk bijvoorbeeld aan de Minotaurus, uit de Griekse mythologie. En Nederland heeft Jeroen Bosch als goed voorbeeld. In de hedendaagse spel- en gamewereld zie je dat die invloed nog steeds actueel is. Sterker nog; onze Visman is gemodelleerd naar een action-figure van deze tijd. Het maakt de Visman tot een mythische, een eigentijdse en tegelijk ook onsterfelijke figuur. Door deze werkwijze krijgt het beeld een extra dimensie: het is in zekere zin een iconografisch beeld en daarmee als het ware leesbaar. Wij willen dit beeld situeren op het vernieuwde Prinsen Bolwerk. Want alleen verbonden met het bolwerk zal deze figuur waarlijk fungeren als een wachter die op de uitkijk staat. Daarmee onderstrepen we de functie van vooruit geschoven post, zoals het bolwerk ooit bedoeld was. Hier staat niet zomaar iemand. Hier staat, net als in de klassieke oudheid, de kampioen van de stad. Een eigentijdse Achilles of Hector, iemand met een heldenstatuur. Het beeld presenteert zichzelf zowel stoer als statig. De figuur omhult zich trots en zelfbewust met een zekere Koninklijke allure. De omslag van graankorrels refereert daarin sterk aan de manen van een leeuw of de kraag van een koningsmantel. Net zoals vroeger het bolwerk de weerbaarheid van de stad tentoonspreidde, zo staat deze figuur er ook om de buitenwereld te imponeren.

Tegelijkertijd is er niets koninklijks aan deze figuur. Afhankelijk van het gezichtsstandpunt, is de figuur ook simpelweg een arbeider, die op de kade aan het werk is bij het lossen van een schip en op zijn schouders zijn last torst. Hij is gespierd door de dagelijkse fysieke arbeid en in het beeld zijn die proporties van de man sterk geïdealiseerd. Zoals de standbeelden van de arbeidershelden uit het Sovjettijdperk. Werd Deventer niet ooit het Moskou aan de IJssel genoemd? Wat voor de arbeider een last was, betekende voor de stad rijkdom en weelde. Het is niet voor niets het graan dat hij torst. Dit was de belangrijkste handelswaar die op de Pothoofdkade werd gelost. Graanoverslag was lange tijd de voornaamste activiteit op deze plek. Door het ritme en de rangschikking van de afzonderlijke graankorrels op de figuur, wordt een weelderig beeld opgeroepen. Dit is het beeld van de rijkdom die getoond mag worden.

 

En dan is er in dit beeldende epos natuurlijk de vissenkop. De kop richt zich naar buiten en kijkt als het ware over de stadsgrenzen, tot ver voorbij de horizon. Ook Deventer heeft als stad altijd de blik op de wereld gericht gehouden. De rivier de IJssel is daarin cruciaal. Lange tijd was de rivier voor Deventer de belangrijkste verbinding met de rest van de wereld. De vissenkop refereert aan de rivier en de verbinding die gemaakt kon worden. Bovendien is het de kop van een kabeljauw. In de tijd van de Hanze werd gedroogde kabeljauw uit Noorwegen veelvuldig hier in Deventer verhandeld. Het is deze stokvis uit Bergen die maakte dat Deventenaren in de wijde omtrek de bijnaam ‘stokvissen’ kregen. En nog steeds is voor veel inwoners van Deventer de stokvis een levend begrip.

 

 

  • Project

    2010 VisMan

  • Afmetingen / materialisering

    Hoogte 3.75m x breedte 1.50m

  • Publicatie
    Stentor
  • Wiki
  • Opdrachtgever

    Stichting Open Monumentendag, Pothoofd Deventer